Wat is het?
Rode bultjes (vaak één aan elke kant) die lijken op blaasjes, met vaak witte huidschilfers eromheen. Ze kunnen niet worden uitgeknepen, maar verliezen wel vocht. Soms voelen ze hard en pijnlijk aan, maar het kan ook zijn dat ze geen pijn doen en enkel als een bult onder de huid aanvoelen. Als je dit hebt, heb je waarschijnlijk te maken met een irritatiebultje. Dit komt vaak voor bij kraakbeen- en navelpiercings, maar kan ook bij andere piercings voorkomen. Dit is geen wildvlees en meestal geen keloïd (abnormale toename van littekenweefsel), maar een huidirritatie als reactie van je lichaam op de aanwezigheid van iets lichaamsvreemds, wat druk of weerstand veroorzaakt. Wel kan er een klein beetje littekenweefsel ontstaan door irritatiebultjes.
Is het een harde, gladde, glanzende, plateauvormige bult, neem dan contact op met je huisarts, aangezien dit de kenmerken zijn van een keloïd.
Hoe ontstaan ze?
Deze irritatiebultjes kunnen door verschillende factoren ontstaan. Het is belangrijk om te beseffen dat een piercing altijd lichaamsvreemd blijft, ook als hij genezen is. Dit betekent dat irritatiebultjes ook na genezing kunnen ontstaan. Oorzaken kunnen zijn: stoten, een verlaagde weerstand, op de piercing slapen, het dragen van drukkende kleding, eraan zitten, onnodig korstjes weghalen, slechte hygiëne of ongunstige omstandigheden (zoals slecht geventileerde ruimtes, een stoffige omgeving of onhygiënische bedomstandigheden). Ook gebrek aan lichaamsbeweging, onvoldoende slaap of een tekort aan vitamines kan een rol spelen. Soms kunnen hormonen ook bijdragen aan de irritatie.
Wat kun je nu doen?
Het onderstaande is advies van ons. Kom je er niet uit of heb je andere adviezen gekregen? Vraag je piercer of huisarts om hulp! Zij kunnen je situatie goed beoordelen en in sommige gevallen doorverwijzen naar een huisarts. (Tip: laat je goed informeren en bekijk het portfolio van je piercer voordat je een piercing laat zetten. Vraag ook naar de mogelijkheid voor nazorg.)
Het belangrijkste is om de weerstand te vermijden (dit verwijst naar de factoren die irritatie kunnen veroorzaken). Maak de huid rondom je piercing goed schoon en geef je piercing voldoende rust. Spoelen is essentieel! In de praktijk wordt er vaak gezien dat bijvoorbeeld oren en navelpiercings niet goed/voldoende worden gewassen of nagespoeld. Huidvet bouwt zich op en kan blijven kleven aan de huid of het sieraad. Dit biedt bacteriën een kans om zich te ontwikkelen. Was de piercing met schone handen en spoel het grondig af onder de douche. Droog de huid rondom de piercing voorzichtig af met een wattenstaafje om overtollig huidvet te verwijderen. Als het bultje nog geen "wondje" is, kun je het 2 keer per dag wassen met pH-neutrale, ongeparfumeerde zeep. Vergeet niet de huid eromheen en het sieraad goed mee te wassen. Spoel alles daarna goed na met de douchekop.
Je kunt ook beginnen met spoelen met een zoutoplossing. Het bultje zal op den duur knappen of barsten (soms droogt het uit) en eruit zien als een wondje. Begin dan met het weken van de piercing in een warm zoutbadje (5 à 10 minuten per dag). Meng een kwart theelepel zee- of Himalayazout in een kopje gekookt water. Laat het iets afkoelen, maar zorg dat het warm blijft. Spoel daarna goed na met de douchekop (minimaal een minuut) en dep de huid voorzichtig droog met een schone doek. Na verloop van tijd zullen er witte of soms donkerder gekleurde korstjes ontstaan. Haal deze korstjes niet weg! Ze vallen vanzelf na ongeveer 12 dagen af. Dit is normaal en geen opgedroogd wondvocht of huidvet, dat vaak een grauwe, groene of gele kleur heeft. Als er "viezigheid" aan het sieraad blijft kleven, kun je dit voorzichtig verwijderen met een wattenstaafje na het weken in zoutoplossing. Het is belangrijk om de zoutoplossing te blijven gebruiken totdat de piercing volledig genezen is en de bultjes verdwenen zijn.
Het gaat niet over?
Als de irritatie aanhoudt, kan het nodig zijn om iets aan te passen, zoals het sieraad. Het sieraad kan te lang, te kort, te stijf, of de verkeerde vorm hebben. Ook kunnen de balletjes of tops van het sieraad te groot of te klein zijn, of in de huid snijden (bijvoorbeeld bij sterretjes of andere scherpe vormen). Het materiaal kan ook een rol spelen. Vraag je piercer welk materiaal gebruikt wordt. Bijvoorbeeld:
Titanium is sterk, roest niet, is nikkelvrij, hypoallergeen en licht van gewicht. Het kan bovendien geanodiseerd worden om verschillende kleuren te krijgen. Er zijn verschillende soorten titanium, maar degene die geschikt is voor piercings voldoet aan medische richtlijnen en wordt getest op veiligheid. (Bron: RIVM)
Goud voor nieuwe piercings moet minstens 14 karaat zijn. Let wel op welke legering aan het goud is toegevoegd, omdat sommige goudlegeringen nikkel bevatten, wat niet geschikt is voor nieuwe piercings. (Bron: RIVM)
Tea Tree olie kan je eventueel toevoegen aan je zoutoplossing, maar gebruik dit niet te lang achter elkaar, omdat de olie sterk is en huidirritatie kan veroorzaken.
Een healing disc van silicone kan op het staafje worden geplaatst om de druk en irritatie rondom de piercing te verminderen. Deze kunnen goed helpen, maar alleen als je blijft spoelen met zoutoplossing. Als je niet goed spoelt, kan er wondvocht of dode huidcellen achter de disc blijven zitten, wat bacteriën kan aantrekken.
Veranderingen in je levensstijl kunnen ook bijdragen aan het herstel van je piercing. Soms is het iets eenvoudigs, zoals het vaker vervangen van je bedlakens of het extra vaak wisselen van je kussensloop bij oorpiercings. Denk na over wanneer je piercing meer pijn doet of irriteert, en wat je daarvoor hebt gedaan. Bijvoorbeeld, als je haar altijd achter je piercing blijft haken, zou een haarclip kunnen helpen. Of slaap je op je piercing? Probeer dan met een reiskussen te slapen om te voorkomen dat je op je piercing rolt in de nacht. Ook strakke kleding kan een boosdoener zijn bij navelpiercings. Bij oorpiercings is het goed om hoofddeksels in alle soorten en maten te vermijden.
Dit is een advies van ons. Kom je er niet uit of heb je andere adviezen gekregen? Vraag je piercer om hulp! Zij kunnen je situatie goed beoordelen en in sommige gevallen doorverwijzen naar een huisarts. (Tip: laat je goed informeren en bekijk het portfolio van je piercer voordat je een piercing laat zetten. Vraag ook naar de mogelijkheid voor nazorg.)